In januari start het traject om een gemeenschappelijke visie op de waterketen voor 2050 te formuleren. Dit gebeurt in opdracht van de Unie van Waterschappen, Vewin, IPO, VNG, waterbeheerorganisatie RIONED en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Onderbouwen van keuzes
De visie is bedoeld als onderbouwing van beleids- en investeringskeuzen rond waterkwaliteit, waterkwantiteit, leveringszekerheid, bedrijfszekerheid en financiering in de waterketen. Het proces geeft daarnaast deels invulling aan de uitgangspunten van ‘water en bodem sturend’, specifiek voor de waterketen.
Informatie verzamelen
Er zal zoveel mogelijk informatie worden verzameld uit al lopende projecten. Denk aan programma’s rond drinkwaterbronnen, de aanpak van microverontreinigingen, Europese richtlijnen en de studie naar de KRW-doelen (Kaderrichtlijn Water) voor rioolwaterzuiveringen (rwzi’s). Daarnaast worden al bestaande beelden gebruikt over de circulaire economie en hergebruik van water. De visie zal de verschillende deelonderwerpen met elkaar verbinden en in samenhang bekijken. Het document brengt ook de nog bestaande lacunes en aandachtspunten in kaart.
Planning traject
De uitvoering van het traject ligt bij de adviesbureaus Ambient en Welldra, beide gespecialiseerd in de watersector. Adviesbureaus Witteveen+Bos en AT Osborne voeren de verdiepende studies uit. Het traject trapt af met een startbijeenkomst op donderdag 18 januari. Een aantal afgevaardigden van elke geleding (gemeente, provincie, waterschap, drinkwaterbedrijf en het Rijk) starten dan met de prioritering van de belangrijkste thema’s. Ze voeren verdiepende interviews met mensen op sleutelposities in de waterketen, en werken vervolgens de thema’s uit in 3 expertsessies. Rond de zomer wordt de eindrapportage aangeboden aan de bestuurders van de betrokken partijen en het Bestuurlijk Overleg Water.
Resultaten eerdere trajecten
De Unie van Waterschappen ontvangt graag resultaten van eerdere visietrajecten rond de waterketen, uitgevoerd door andere partijen.
De piek van de hoogwatergolf heeft afgelopen nacht Lobith bereikt en verplaatst zich door Nederland. Regionaal en buitendijks is sprake van wateroverlast. De situatie is - met maatregelen - beheersbaar en de waterveiligheid is nergens in het geding.
Door grote neerslaghoeveelheden in de afgelopen periode was sprake van zeer hoge waterstanden op o.a. de Overijsselse Vecht, Dinkel Regge en Dommel. In de meeste regionale waterstanden is de hoogwaterpiek bereikt en is een lichte daling zichtbaar.
Wateroverlast
Buitendijks en regionaal is er flink wat wateroverlast. Uiterwaarden, kades en sommige wegen staan onder water in het oosten en zuiden van het land. Dit komt bijvoorbeeld doordat kleine rivieren buiten de oevers treden of doordat de neerslag niet weg kan door de verzadigde bodem. De situatie in het hoofdwatersysteem is – met maatregelen – beheersbaar en de dijken zullen het houden.
Maatregelen
Waterbeheerders nemen standaardmaatregelen om overlast zo veel mogelijk te beperken zoals het plaatsen van tijdelijke keringen en lokaal worden extra pompen ingezet. Speciale aandacht gaat bij de inspecties uit naar graverijen in dijken door bevers. Waterbergingsgebieden worden voor sommige regionale rivieren ingezet. Rijkswaterstaat en waterschappen doen er alles aan om het overtollige water zo snel mogelijk af te voeren, door bijvoorbeeld maximaal water te spuien bij de zee en de stuwen te strijken. Nevengeulen stromen mee, zoals bijvoorbeeld het Reevediep bij waterschap Drents Overijsselse Delta.
Regen, regen en regen: het is overal kletsnat. Op dit moment is er sprake van verhoogde waterstanden in meerdere gebieden in Nederland. Dat geldt voor zowel de Rijn als het IJsselmeergebied. Door de harde wind wordt ook aan de kust hoogwater verwacht.
De afgelopen dagen namen de waterschappen en Rijkswaterstaat verschillende maatregelen. Hierdoor is nergens in het land sprake van overstromingsdreiging. De waterschappen verlaagden onder meer de waterpeilen en de gemalen draaien volop om overtollig water af te voeren. Om water tijdelijk op te slaan, zijn bergingsgebieden ingezet. Beheerders, dijkinspecteurs en uitvoerders van de waterschappen controleren de dijken, stuwen en duikers regelmatig. De waterschappen blijven dus alert. Mede gezien de weersverwachtingen voorzien ze geen grote problemen.
Grondwaterstanden hoog
De grondwaterstanden zijn overal in het land aangevuld en tot boven normaal gestegen. De waterschappen slaan het water zoveel mogelijk op in het water- en bodemsysteem voor drogere periodes. De grond is echter op veel plekken verzadigd en neemt geen regenwater meer op. Om wateroverlast te voorkomen hebben veel waterschappen extra maatregelen genomen om overtollig water af te voeren naar de zee en grote rivieren.
Gemalen draaien volop
Een van de grootse gemalen van Nederland is Zedemuden in Zwartsluis, Overijssel. Momenteel draaien er in het gemaal 3 pompen met een totale pompcapaciteit van 124 m3 water per seconde. Per minuut is dat 7.440 m3, wat gelijkstaat aan de inhoud van 3 Olympische zwembaden. Alleen het gemaal IJmuiden van waterschap Drents Overijsselse Delta heeft een grotere pompcapaciteit. De inzet van dit gemaal verkleint de kans op wateroverlast in delen van Drenthe. Ook het J.L. Hooglandgemaal en gemaal De Heining van Wetterskip Fryslân draaiden de afgelopen dagen op volle kracht om water af te voeren uit de Friese boezem (stelsel van meren, kanalen en vaarten).
Dijkdoorgang Delfzijl gesloten
De waterschappen Hunze en Aa’s en Noorderzijlvest hebben vrijdagochtend de dijkdoorgangen in Delfzijl gesloten. Dit is nodig vanwege de hoge waterstand op zee. Rijkswaterstaat voorspelde donderdagavond een waterstand van NAP +3.40 meter. Deze hoge waterstand wordt veroorzaakt door de noordwestenwind die het water opstuwt langs de kust.
Extra dijkinspecties
Waterschap Zuiderzeeland zet vandaag extra dijkcontroles in. Het waterpeil in het IJsselmeer is bijna 80 cm hoger dan normaal. In combinatie met de harde wind veroorzaakt dit golven langs de dijken aan de noordwestzijde van de Noordoostpolder en Oostenlijk Flevoland.
Voorzorgsmaatregelen bij waterschap de Stichtse Rijnlanden
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden nam extra voorzorgsmaatregelen bij het dijkversterkingsproject Sterke Lekdijk in Salmsteke (Lopik) en de Oude Sluis Vreeswijk (Nieuwegein). De Sterke Lekdijk is extra ‘ingepakt’ over een afstand van ruim 400 meter. Dit voorkomt dat de nieuwe toplaag van de onlangs versterkte dijk wegspoelt op plekken waar de grasmat nog onvoldoende tot bloei is gekomen.
Op 27 november brachten verschillende Eerste Kamerleden van de VVD-fractie een werkbezoek aan het hoogheemraadschap van Rijnland. Tijdens dit bezoek ging het vooral over de sturende rol van water en bodem in ruimtelijke plannen.
Op de foto van link naar rechts: Chris Mudde, Anke van Houten, Tanja Klip, Rogier van der Sande, Marian Kaljouw, Henk Jan Meijer en Tessa Maas.
Aanwezigen
Dijkgraaf Rogier van der Sande en procesleider gebiedsontwikkeling Chris Mudde ontvingen Eerste Kamerleden Henk Jan Meijer, Marian Kaljouw en Tanja Klip bij het hoogheemraadschap. Namens de Unie van Waterschappen waren lobbyist Tessa Maas en beleidsadviseur Anke van Houten aanwezig.
Water en bodem sturend
Tijdens het bezoek stond de vraag centraal hoe we slim omgaan met nieuwe bouwplannen. Hoe vangen we de gevolgen van extreem weer goed op om schade en overlast te beperken? Het vorige kabinet schreef in het regeerakkoord dat water en bodem leidend moeten zijn voor ruimtelijke plannen. “Een fantastische eerste stap”, vindt Van der Sande. “Alleen stuit het in de praktijk nog op veel uitvoeringsproblemen. Vandaar dat wij de Eerste Kamerleden vandaag meenamen naar bouwlocatie de Gnephoek. Daar lieten we zien hoe je het principe van water en bodem sturend in de praktijk kunt brengen.”
Gnephoek
Bouwen in Gnephoek leidt al jaren tot veel discussie tussen de gemeente Alphen aan den Rijn en de provincie Zuid-Holland. Gnephoek kent voor een deel namelijk zettingsgevoelige grond. Dat betekent dat in dat deel een risico bestaat op beschadiging van kabels en rioolleidingen door bodemverzakking. Ook kunnen wegen verzakken. Met de bodem en het watersysteem als uitgangspunt zijn deze ongewenste gevolgen en kosten te voorkomen.
Advies van Rijnland
Het hoogheemraadschap van Rijnland stelde een aantal voorwaarden voor bouwen in deze polder vanuit het oogpunt van het waterbeheer. “Bouwen is mogelijk, maar je moet het wel slim aanpakken”, aldus Van der Sande. “We zeggen daarom: bouw vooral op de stevige zandrug langs de Oude Rijn en behoud in het zakkingsgevoelige deel ruimte voor waterberging.” In het nu voorliggende masterplan voor de gebiedsontwikkeling Gnephoek komen de gestelde kaders en uitgangspunten van het hoogheemraadschap van Rijnland terug. Van der Sande: “Het is duidelijk dat water en bodem leidende uitgangspunten zijn voor de bouwplannen.” De Eerste Kamerleden concludeerden tijdens het bezoek dat het geen overinvestering is om als waterschap goede voorwaarden te stellen voor het water- en bodemgebruik.
Oproep
In onderstaande video doet Rogier van der Sande namens de waterschappen een oproep aan het nieuwe kabinet: “Dwing toekomstbestendig bouwen af door strengere bouwschriften op te nemen in het Bouwbesluit.”
Op woensdag 22 november zijn de Tweede Kamerverkiezingen en daarna start spoedig de formatie. Een nieuw kabinet zal onder meer de ingezette landbouwtransitie moeten voortzetten. Voor de waterschappen is het daarbij belangrijk dat water en bodem sturend zijn in de plannen. Ook benadrukken zij dat relatief kleine maatregelen in het waterbeheer snel resultaat kunnen opleveren voor natuurherstel.
Er liggen grote opgaven in het ruimtelijk domein. In het landelijk gebied zijn oplossingen nodig voor een toekomstbestendige landbouw, het opvangen van de gevolgen van extreem weer, verbetering van de waterkwaliteit en natuurherstel. Het gaat om grote vraagstukken waarover de afgelopen jaren veel is vergaderd.
Urgentie is groot
“Het Rijk is met een goede integrale aanpak gekomen”, vindt Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen. “Daar moeten we zeker mee doorgaan, maar het duurt te lang voordat we het praten omzetten in actie. Ondertussen verslechtert de natuur. De enorme hoosbui zoals we die kennen van Limburg 2021 kan morgen weer vallen. En een lange periode van droogte kan ook volgende zomer weer tot grote schade leiden. We moeten nu aan de slag.”
De Waterknop
Relatief eenvoudige watermaatregelen kunnen de veerkracht van de natuur vergroten en klimaatrisico’s van de landbouw verkleinen. Van der Sande: “We noemen dit de ‘Waterknop’. Denk aan het flexibel omgaan met peilbeheer, beekherstel, het bevorderen van de biodiversiteit bij slootkanten en extra stuwen om water langer vast te houden. Water verbindt landbouw en natuur. Door te redeneren vanuit de draagkracht van het water- en de bodemsysteem vinden we oplossingen die houdbaar zijn voor de lange termijn.”
Provinciale plannen landelijk gebied
Deze aanpak voorkomt dat de problemen van nu doorschuiven naar toekomstige generaties. De provincies hebben al een eerste stap gezet in de transitie van het landelijk gebied. Ze stelden hiervoor de eerste versies van hun Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG) op: de provinciale plannen voor het landelijk gebied. In die plannen schetsen de provincies een eerste toekomstvisie, met in meer of mindere mate aandacht voor waterkwaliteit, ruimte voor water, verzilting, veenweideproblematiek en natuurherstel.
“Toch ontbreekt het vaak nog aan concrete maatregelen”, ziet Van der Sande. “Het is heel belangrijk dat de provincies water en bodem nu al goed meenemen in hun plannen en dat we de verbindende factor van water volop benutten. Voor een versnelling op dit dossier moet ook een nieuw kabinet dit scherp op het netvlies hebben.”
Waarom is het Nationaal Programma Landelijk Gebied belangrijk voor de waterschappen? De Unie van Waterschappen en Wetterskip Fryslân leggen het uit:
De afgelopen weken ging er geen dag voorbij dat het niet regende. In delen van het land was de regelval 3 keer zoveel als gebruikelijk, en afgelopen week viel er al bijna evenveel neerslag als normaal in de hele maand november. Hierdoor zijn de grondwaterstanden overal in het land aangevuld en tot boven normaal gestegen. De waterschappen slaan het water zoveel mogelijk op in het water- en bodemsysteem voor drogere periodes.
Al bijna het hele jaar houden de waterschappen hogere waterpeilen aan in sloten en beken. Dit om het water daar langer vast te houden en in de bodem te laten infiltreren. Maar de hoeveelheden regen van oktober en november zijn te groot om volledig op te slaan tot het volgende droogteseizoen. Dat vraagt te veel ruimte. Om in deze omstandigheden droge voeten te houden, is afvoer naar de zee en grote rivieren nodig.
Waterberging en extra pompen in Delfland
In het hoogheemraadschap van Delfland viel er vrijdag 3 november 50 millimeter regen in een half etmaal. Het gebied is door de regen van afgelopen weken al verzadigd en door de bladeren op de weg raken putten snel verstopt. Het waterschap heeft waterbergingen en extra pompen ingezet om de overlast en schade te beperken. Daarnaast verlaagt het waterschap de waterpeilen om bufferruimte te creëren. Sinds afgelopen maandag zijn de waterpeilen er weer op normaal niveau.
Wateroverlast polders Rijnland
In het hoogheemraadschap van Rijnland zorgde de neerslag voor wateroverlast in meerdere (akkerbouw)polders. Het waterschap is in het gebied aanwezig om de situatie op te nemen en treft waar nodig maatregelen, zoals het plaatsen van tijdelijke pompinstallaties.
9 noodpompen in Hollands Noorderkwartier
In het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier ervaren verschillende dorpen overlast van de hoge grondwaterstand. Het waterschap treft meerdere maatregelen om het water snel naar zee en het IJssel- en Markermeer af te voeren. Zo verwijderde het een slootdam op Texel en opende het de Kooysluis van het Amstelmeer. De 4 gemalen in het gebied pompen samen 8.000 m3 water per minuut weg. Dat zijn iedere minuut 3 Olympische zwembaden. Vanwege de grote hoeveelheid neerslag kregen de gemalen ondersteuning van 9 noodpompen. De situatie is daarmee beheersbaar.
Friesland en Terschelling
Wetterskip Fryslân zette afgelopen dagen op verschillende plekken extra pompcapaciteit in om het teveel aan water uit de polders af te voeren naar de Waddenzee. Vanwege de weersverwachting heeft het waterschap de waterstand preventief verlaagd.
Op 26 oktober, de laatste dag voor het verkiezingsreces zijn verschillende moties over funderingsproblematiek aangenomen. Kamerlid Nijboer (PvdA) diende samen met CDA, D66 en SP drie moties in.
Regeringscommissaris aanstellen
In de eerste motie verzoeken de partijen het kabinet een coördinerend minister aan te wijzen en een regeringscommissaris funderingsherstel aan te stellen om zo snel mogelijk tot oplossingen te komen.
Kostenverdeling
Een tweede motie stelt dat het herstellen van funderingsproblemen hoge kosten met zich meebrengt. Daarom zou iedere partij een redelijk deel van de kosten op zich moeten nemen. De motie vraagt het kabinet met voorstellen te komen voor een redelijke kostenverdeling tussen alle betrokken partijen, zodat funderingsproblemen snel kunnen worden aangepakt. In het debat werden de waterschappen nadrukkelijk genoemd als betrokken partij.
Bodemdaling en funderingen op staal
Een derde motie (mede ondertekend door de VDD) geeft aan dat funderingsproblemen ook voorkomen als gevolg van bodemdaling en funderingen op staal. De indieners van de motie verzoeken het kabinet daarom ook deze problemen mee te nemen in de aangekondigde analyses die worden uitgevoerd.
Wat vinden de waterschappen?
De Unie van Waterschappen stelt dat we funderingsschade in de toekomst kunnen beperken door goed naar de bodem te kijken voordat erop gebouwd wordt. Het water- en bodemsysteem is inmiddels leidend bij het bepalen waar je gaat bouwen. Bouwen op een slappe bodem wordt afgeraden. Waterschappen zoeken bij peilbesluiten de balans tussen de verschillende belangen en behoeften in een gebied. Doel is altijd om de economische en maatschappelijke functies mogelijk te maken en daarbij schade en overlast zoveel mogelijk te voorkomen.
Waterlabel
Omdat woningeigenaren zich vaak niet bewust zijn van de risico’s op funderingsschade door zakkende grondwaterpeilen, vinden de waterschappen dat de overheid moet werken aan goede informatievoorziening en die ook minder vrijblijvend moet maken. Bijvoorbeeld door een water- of klimaatlabel te ontwikkelen voor woningen. Deze aanbeveling hebben de waterschappen bij het Rijk gedaan.
Het kabinet moet nu aan de slag met de uitvoering van deze moties. Verantwoordelijk minister Hugo de Jonge gaf tijdens het Kamerdebat meerdere keren aan, met nieuw beleid te willen wachten op het advies van de Rli. In het voorjaar van 2024 wordt dat advies verwacht.
Op 9 oktober is de verlenging van de Erfgoed Deal met de partners bestendigd in een werkbezoek naar de Stadshaven Maassluis. Bij het werkbezoek waren onder andere demissionair staatssecretaris Gunay Uslu (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) en demissionair minister Rob Jetten (Klimaat) aanwezig. Namens de Unie van Waterschappen was bestuurslid Luzette Kroon bij het werkbezoek.
Een delegatie met de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de minister van Klimaat en bestuurlijke vertegenwoordigers van IPO, VNG en de Unie van Waterschappen bracht op initiatief van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed een bezoek aan het Erfgoed Deal-project Stadshaven Maassluis om daar met de nieuwe partners, de Unie van Waterschappen en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, de Erfgoed Deal te ondertekenen. Dit project in Maassluis draait om het voorkomen van krimp en leegstand in de binnenstad en tegelijk het bevorderen van duurzame groei. Dit door de potentie van maritiem erfgoed te benutten, de beleving te versterken en historische boten te verduurzamen.
Samenwerken door slim te combineren
Namens de Unie van Waterschappen was bestuurslid Luzette Kroon aanwezig bij het werkbezoek. Zij benadrukt waarom de waterschappen de Erfgoed Deal hebben ondertekend. Kroon: “Deelname aan de Erfgoed Deal biedt een unieke kans om de samenwerking tussen waterschappen en de erfgoedsector te versterken. Samen kunnen we werken aan uitdagingen op het gebied van waterveiligheid en klimaatadaptatie. En investeren in de verbetering van de omgevingskwaliteit van het Nederlandse landschap en de steden.”
Waarde van cultureel erfgoed
Volgens Kroon heeft de Erfgoed Deal nu al gunstige resultaten voor de waterschappen. Kroon: “Uit lopende projecten binnen de Erfgoed Deal blijkt dat deze samenwerking waarde toevoegt door de wateropgave te verbinden aan het behoud en de ontwikkeling van erfgoed.” Binnen de verantwoordelijkheid van waterschappen liggen waterwegen, rivieren en kustgebieden met een rijke geschiedenis en waardevol cultureel erfgoed. Denk aan historische molens, sluizen, dijken en gemalen. Door de ondertekening van de Erfgoed Deal erkennen de waterschappen het cruciale belang van het behoud en de herontwikkeling van dit erfgoed voor de toekomstige generaties.
Waterschappen ondertekenaar Erfgoed Deal
De Erfgoed Deal is een samenwerkingsverband van ministeries, gemeenten, provincies en maatschappelijke organisaties. En legt de verbinding tussen erfgoed en ruimtelijke opgaven op het gebied van klimaat, duurzaamheid en wonen. Ook droogtebestrijding, wateroverlast, hittestress, dijkversterking en bodemdaling zijn thema’s van de Erfgoed Deal. In de periode 2019-2022 hebben verschillende waterschappen samen met gemeenten en provincies geparticipeerd in projecten die zijn gefinancierd door de Erfgoed Deal. Als officiële ondertekenaar van de Erfgoed Deal kunnen waterschappen nu als hoofdindiener van een project fungeren en in aanmerking komen voor financiering gedurende de looptijd van het programma. Het programma loopt tot eind 2025.
De Buyer Group Duurzaam Baggeren heeft deze week de Marktvisie en Inkoopstrategie opgeleverd. Het doel is om waterbeheerders te laten zien hoe zij in hun aanbestedingsbeleid kunnen werken aan reductie van broeikasgasemissies en stikstof. De focus ligt op kleinschalig en middelgroot baggerwerk in zoete wateren, in zowel stedelijk als landelijk gebied.
Om het watersysteem in Nederland op orde te houden moet er regelmatig gebaggerd worden, maar. dat kost veel energie. Leden van de Buyer Group komen uit de baggerpraktijk en hebben zelf ervaren hoe je klimaatwinst boekt met emissiearm materieel. Deze kennis hebben zij gebundeld in de Marktvisie en Inkoopstrategie.
Klimaatbewust baggerwerk
Het document is opgesteld door 12 regionale waterbeheerders van gemeenten, provincies en waterschappen in nauwe samenwerking met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De strategie maakt duidelijk wat er nu al kan, maar geeft ook een beeld van de ontwikkelingen die de komende jaren nodig zijn voor meer circulair en nog klimaatbewuster baggerwerk. Hiermee kunnen waterbeheerders op weg naar een volledig klimaat neutraal en circulair GWW in 2030.
Samen met marktvertegenwoordigers
Ook de transitiepaden van het traject Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur zijn erin opgenomen. Het gaat dan om het transitiepad Kustlijnzorg en Vaargeulonderhoud en het transitiepad voor Weg-, Dijk- en Spoormaterieel. Bij het opstellen van de strategie is er intensief contact geweest met de belangrijkste marktvertegenwoordigers, zoals de brancheverenigingen Vereniging van Waterbouwers en Cumela.
Op 12 oktober is het commissiedebat van de Tweede Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat over de Milieuraad op 16 oktober. Op de agenda van de Milieuraad staan 2 belangrijke richtlijnen: de richtlijn bodemgezondheid en de herziening van de richtlijn stedelijk afvalwater. De waterschappen geven de commissieleden graag een aantal aandachtspunten mee op beide EU-voorstellen.
Richtlijn bodemgezondheid
De waterschappen vinden het verbeteren van de bodemkwaliteit belangrijk. Een gezonde bodem speelt een belangrijke rol in de strijd tegen klimaatverandering: in tijden van droogte houdt een gezonde bodem goed water vast en een gezonde bodem kan goed water opvangen als er te veel water is (sponswerking). Op een gezonde bodem groeien planten, struiken en bomen graag, waardoor de temperatuur van de luchtlaag erboven tot wel 2 graden omlaag kan gaan. Een gezonde bodem zorgt voor een vergroting van de biodiversiteit zowel in als op de bodem. Een goede bodemkwaliteit is nodig voor een goede waterkwaliteit en om het oppervlaktewaterpeil goed te kunnen reguleren.
Lessons learned De waterschappen zouden de lessons learned van de Kaderrichtlijn Water graag meegenomen zien bij de uitvoering van de richtlijn. In plaats van het one-out-all-out principe dat nu in de richtlijn staat willen ze, net als het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, vooraf bepalen welke indicatoren echt cruciaal zijn voor de bodemgezondheid in een bepaalde regio. Dat is beter uitvoerbaar dan 1 set indicatoren voor alle bodems.
Nationaal oppakken De Tweede en Eerste Kamer vinden dat dit onderwerp niet Europees, maar nationaal behandeld moet worden. Mocht er geen EU-richtlijn komen, dan zouden de waterschappen graag zien dat het verbeteren van de bodemkwaliteit in Nederland goed nationaal wordt opgepakt.
Herziening richtlijn stedelijk afvalwater
De waterschappen steunen het voorstel voor aanvullende zuivering van microverontreinigingen op rioolwaterzuiveringen (rwzi’s). Ook steunen ze de door de Europese Commissie voorgestelde uitgebreide producentenverantwoordelijkheid van de farmaceutische en cosmetica-industrie.
Water zuiveren De waterschappen zuiveren bijna al het Nederlandse huishoudelijk rioolwater op rioolwaterzuiveringen. De richtlijn stedelijk afvalwater stelt minimumeisen voor de zuivering van stedelijk afvalwater en daarom is het een belangrijk kader voor het uitvoeren van de zuiveringstaak door de waterschappen.
Ambitieniveau verhogen Het is positief dat de Europese Commissie het ambitieniveau van de oorspronkelijke richtlijn uit 1991 verhoogt en aanpast aan de nieuwste inzichten. Er komen immers steeds meer microverontreinigingen bij, zoals medicijnresten. Deze en andere schadelijke stoffen zien we ook terug in rioolwater en uiteindelijk het milieu.
Deadlines gelijk trekken Waterschappen vragen voldoende tijd om de nieuwe zuiveringseisen te halen. Daarom pleiten ze ervoor om de deadline voor de grote rwzi’s (2035) gelijk te trekken met de deadline van middelgrote rwzi’s (2040).