Kantoor Unie van Waterschappen uithangbord voor de waterschapsverkiezingen

21 februari 2023

Het hoogheemraadschap van Delfland en de Unie van Waterschappen slaan in aanloop naar de waterschapsverkiezingen van 15 maart de handen ineen om aandacht te vragen voor deze verkiezingen.

Den Haag, 20-02-2023, Rogier van der Sande(voorzitter Unie van Waterschappen) en Dijkgraaf Piet Hein Daverveldt, trappen de verkieizingscampagne voor de Waterschapsverkiezingen af.

Rogier van der Sande (rechts op de foto), voorzitter van de Unie van Waterschappen, en Piet-Hein Daverveldt, dijkgraaf van het hoogheemraadschap van Delfland, onthulden op 20 februari een gezamenlijk campagnebord aan de Koningskade in Den Haag, voor het kantoor van de Unie van Waterschappen.

Mensen attenderen op de verkiezingen

Piet-Hein Daverveldt: “Door op strategische punten in ons gebied dit soort borden te plaatsen willen we veel mensen attenderen op de waterschapsverkiezingen en ook laten zien waar die over gaan. Op dit campagnebord snijden we het belangrijke dilemma rond veel bouwplannen en ruimte vrijhouden voor water aan. Een actueel thema voor deze regio!”

Unie-kantoor ook stembureau

Het kantoor van de Unie van Waterschappen heeft niet alleen een campagnebord voor de deur, maar is op 15 maart ook stembureau. Daverveldt zal op deze locatie ook zijn eigen stem uitbrengen.

Meebeslissen over besteding waterschapsbelasting

Rogier van der Sande: “15 maart is het feest van de democratie. Inwoners in heel Nederland kunnen hun stem uitbrengen voor de waterschappen en de provincies. Hiermee kunnen ze meebeslissen over waar hun waterschapsbelasting aan wordt besteed. Inwoners van Den Haag kunnen die belangrijke stem bij ons in huis uitbrengen. Wees welkom op 15 maart en stem ook voor de waterschapsverkiezingen!”

Waterschappen mogen zelf kiezen voor een bindend correctief referendum

15 februari 2023

Op 14 februari heeft de Kamer het initiatiefwetsvoorstel voor een bindend correctief referendum aangenomen. Maar waterschappen mogen zelf bepalen of zij een besluit willen onderwerpen aan een referendum.



Tweede Kamerlid Renske Leijten (SP) diende het initiatiefwetsvoorstel in. In een bindend correctief referendum kunnen Nederlanders zich uitspreken over een wet die de Tweede en Eerste Kamer hebben aangenomen, maar nog niet is ingevoerd. De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel aangenomen.

Uitzonderingspositie voor waterschappen

De Unie van Waterschappen heeft zich er hard voor gemaakt dat de algemeen besturen van waterschappen zelf kunnen bepalen of ze hun besluiten onderwerpen aan een beslissend referendum onder de ingezetenen. De Tweede Kamer heeft ingestemd met deze uitzonderingspositie voor gemeenten, provincies en waterschappen.

Herziening Grondwet

Als ook de Eerste Kamer later instemt met het wetsvoorstel, wordt de wet na de eerstvolgende Tweede Kamerverkiezingen opnieuw ingediend. Dan is in beide Kamers tweederdemeerderheid nodig, omdat het om een grondwetswijziging gaat.

Bekijk de stemmingsuitslag van de Tweede Kamer

72 procent van de Nederlanders maakt zich zorgen over de gevolgen van extreem weer

13 februari 2023

Op 15 maart 2023 zijn de waterschapsverkiezingen. Alle inwoners van Nederland mogen dan meebeslissen over de toekomst van water in hun buurt. Onderzoek laat zien dat 91 procent van de Nederlanders het werk van de waterschappen belangrijk vindt. Toch is 47 procent van hen niet bekend met het waterschap uit de eigen regio. En al maakt 72 procent van de Nederlanders zich zorgen over de gevolgen van extreem weer, zeggen ze dat dit geen invloed heeft of ze gaan stemmen of niet.



Extreem weer komt steeds vaker voor en daar maken steeds meer mensen zich zorgen over. Toch heeft minder dan de helft van de Nederlanders voorbereidingen getroffen tegen extreem weer (48 procent). Een derde van de Nederlanders heeft meer groen in de tuin aangelegd om zich voor te bereiden op zware regen val en droogte. Dat blijkt uit onderzoek dat Citisens in opdracht van de Unie van Waterschappen heeft uitgevoerd. Ook zeggen Nederlanders dat ze een groen dak hebben aangelegd (4 procent), zandzakken in huis hebben (1 procent) of vloeren en kelders in huis waterdicht hebben gemaakt.

Investeren of repareren?

Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “We krijgen steeds vaker te maken met extreme droogte of wateroverlast. De waterschappen kunnen de schade beperken, maar niet voorkomen. We kunnen vooraf meer investeren om overlast zoveel mogelijk tegen te gaan, maar we kunnen ook repareren wanneer het zover is. Dit soort keuzes staan centraal bij de waterschapsverkiezingen op 15 maart.”

Zuivering van rioolwater

In Nederland wordt ook steeds meer afval in het water gegooid of doorgespoeld. Daarmee wordt het voor de waterschappen steeds moeilijker om het water te zuiveren. Met meer dan 300 rioolwaterzuiveringinstallaties zuiveren de waterschappen al het rioolwater in Nederland. Maar liefst 8 van de 10 Nederlanders vindt dat we bewuster moeten omgaan met wat we door de gootsteen spoelen. Daartegenover wil 1 op de 10 Nederlanders liever extra investeren in zuiveren. En tot welk niveau moet water worden gezuiverd? Hier blijken de meningen over verdeeld. Twee derde van de Nederlanders kiest voor superschoon water. Een derde die vindt dat een beetje vervuiling erbij hoort. Jongere Nederlanders gaan vaak voor superschoon water (70 procent).

Invloed van het water op de inrichting van Nederland

De waterschapsbesturen hebben de komende jaren ook te maken met meer woningbouw. De waterschappen willen dat er bij nieuwe bouwplannen wordt nagedacht over de risico’s op wateroverlast en droogte. De meeste Nederlanders (8 van de 10) vindt dat het water bepaalt waar onze huizen komen. 1 op de 10 bouwt liever overal. Vooral Nederlanders onder de 40 jaar zeiden in het onderzoek relatief vaak dat er overal gebouwd moet kunnen worden.

Meer lezen?

> Onderzoeksrapport waterschapsverkiezingen
> Verdiepend onderzoeksrapport waterschapsverkiezingen
> Infographic Nederlanders over toekomst van water

Vergoeding algemeen bestuursleden waterschappen omhoog

30 januari 2023

De vergoeding voor algemeen bestuursleden van waterschappen wordt verhoogd van 545 naar 720 euro per maand. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koningsrelaties (BZK) komt daarmee tegemoet aan de bezwaren die er waren tegen de beperkte verhoging die eerder werd voorgesteld. BZK vindt de nieuwe vergoeding passend bij de werklast die bij deze functie hoort. Het voorstel moet nog wel voor advies voorgelegd worden aan de Raad van State.

Bestuurszaken

Update 22 maart 2023: de vergoeding voor een lid van het algemeen bestuur is per 29 maart 2023 definitief verhoogd van 545,38 naar 719,94 euro per maand. 

Bezwaren tegen eerder voorgestelde verhoging

Vorig jaar september stelde  de minister van BZK een verhoging voor van 588 euro per maand. Deze verhoging kwam overeen met het advies dat het Adviescollege Rechtspositie Politieke Ambtsdragers aan de minister  uitbracht. Het adviescollege sloot daarbij aan bij het voor de Statenleden gebruikte criterium. Bij dit criterium wordt uitgegaan van het gemiddelde van de vergoedingen voor raadsleden bij middelgrote gemeenten (60.000 tot 100.000 inwoners).

Motie Bisschop

De Tweede Kamer heeft bij de behandeling van de begroting 2023 van het ministerie van BZK een motie aangenomen van Kamerlid Bisschop (SGP). Daarin verzocht Bisschop de minister van BZK om te overleggen met onder meer de Unie van Waterschappen en de Vereniging Waterschapsbestuurders over een verhoging van de voorgestelde vergoeding. Met een royale vergoeding kunnen de bestuurders hun werk goed blijven doen.

Internetconsultatie

Ook via de internetconsultatie kwamen bezwaren tegen de beperkte verhoging naar voren. Op grond van deze bezwaren heeft BZK besloten om bij de vergoeding voor leden van algemene besturen van waterschappen uit te gaan van de vergoedingen voor raadsleden bij de 100.000+ gemeenten.

Unie vraagt aandacht voor toename werkzaamheden

Algemeen bestuursleden van de waterschappen doen dit werk meestal naast hun baan. Ze krijgen hiervoor geen salaris, maar een vergoeding. De waterschappen hebben door taakverzwaring en schaalvergroting inmiddels een begroting en een ambtelijk apparaat die vergelijkbaar zijn met die van middelgrote gemeenten. Daardoor is een algemeen bestuurslid meer tijd kwijt aan het bestuurswerk. Ook wordt er meer van zijn of haar capaciteiten gevraagd. Dat heeft de Unie bij de internetconsultatie naar voren gebracht.

Overheden moeten haalbaarheid van het beleid toetsen

25 januari 2023

Ministeries, gemeenten, provincies en waterschappen kunnen sinds januari 2023 gebruik maken van de Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden (UDO). Deze toets bevat vragen over de uitvoerbaarheid van wet- en regelgeving.



Bijvoorbeeld: hoe kunnen gemeenten, provincies en/of waterschappen dit beleid goed uitvoeren? Sluit de taak aan op hun bestaande takenpakket en hun deskundigheid? En krijgen ze er genoeg middelen voor van de Rijksoverheid? Een ministerie moet de UDO samen met de betrokken overheden doorlopen.

Niet vrijblijvend

Zijn er voorstellen die de taken en bevoegdheden van gemeente-, provincie- en waterschapsbesturen raken? Dan moet hun oordeel worden gevraagd. En dan is het ook verplicht de gevolgen van het voorstel te beschrijven. Dit gaat over financiële gevolgen én over gevolgen voor de inrichting en werking van de overheden die door dat beleid worden geraakt.

Uitvoerbaarheid van beleid

De toets moet bijdragen aan de uitvoerbaarheid van beleid. De Unie van Waterschappen, IPO en VNG hadden bij de vorming van dit kabinet al aangegeven behoefte te hebben aan een uitvoeringstoets.

Sterk bestuur

De UDO is een van de onderdelen van de Actieagenda Sterk Bestuur, die minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Verbeteren van samenwerking

De Actieagenda bevat meerdere onderdelen die gericht zijn op het verbeteren van de samenwerking tussen Rijksoverheid en de decentrale overheden. Het bevat een geactualiseerde versie van de Code Interbestuurlijke Verhoudingen, waarin de overheden vastleggen hoe ze samenwerken. In het ontwikkelen van beleid helpt een nog op te zetten beleidskader decentraal bestuur bij het bepalen van welke overheid welke taak op zich neemt.

> Bekijk de Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden (UDO)

Wet op de Politieke Partijen in consultatie

9 januari 2023

In het wetsvoorstel Wet op de politieke partijen (Wpp) worden bestaande en nieuwe regels voor politieke partijen gebundeld. Een belangrijk punt in de wet is dat lokale partijen van onder meer waterschappen subsidie krijgen. Het is nu mogelijk om inhoudelijk te reageren op het wetsvoorstel: het voorstel gaat 'in consultatie'.

Een verkiezingsbord met posters van landelijke en lokale partijen.

Het doel van de Wpp is om de wettelijke kaders waarin partijen opereren te vernieuwen en vollediger te maken. Bij het stellen van deze regels wil de Wpp fundamentele rechten waarborgen. Denk aan de vrijheid van vereniging en de vrije uitoefening van het actieve en het passieve kiesrecht.

Subsidie voor lokale partijen

De grote winst van de wet is dat lokale partijen in waterschappen, provincies en gemeenten recht krijgen op subsidie. In de wet wordt voorgesteld om van 2024 tot 2027 in totaal 25 miljoen euro beschikbaar te stellen voor subsidie aan decentrale partijen. Deze regeling is 3 jaar geldig. Daarna volgt een evaluatie om te bepalen hoe de regeling een vervolg krijgt.

Openheid over financiën, donaties en schulden

In de beoogde wet staat ook dat alle politieke partijen open moeten zijn over hun financiën, donaties en schulden. Deze informatie moeten lokale partijen op hun eigen website publiceren. Daar moeten lokale partijen zich dus op voor bereiden.

Proces

De wet gaat nu 3 maanden in internetconsultatie. Daarna worden alle bijdragen gelezen en beoordeeld. Het rijk vraagt ook een advies aan de Raad van State. Daarna begint de behandeling van de wet in de Tweede Kamer en vervolgens in de Eerste Kamer. De regering streeft ernaar de wet op 1 januari 2024 in werking te laten treden.

Reactie op het wetsvoorstel

De Unie van Waterschappen heeft zich, samen met VNG, ingezet voor subsidie voor politieke partijen die meedoen aan lokale verkiezingen. Met dit wetsvoorstel wordt dat gerealiseerd. De Unie werkt aan een algemene reactie. Omdat dit alle partijen in de waterschapsbesturen raakt, roept de Unie hen op om te reageren op het wetsvoorstel.

> Het wetsvoorstel en de memorie van toelichting Wet op de politieke partijen
> Reageren op het wetsvoorstel

Wet geborgde zetels per 17 december van kracht

16 december 2022

Het initiatiefvoorstel-Bromet en De Groot over het schrappen van de geborgde zetels voor bedrijven in de waterschapsbesturen gaat in per 17 december 2022. Op 16 december verscheen de wet in het Staatsblad. Daarmee geldt de wet al voor de komende waterschapsverkiezingen van 15 maart 2023.



De Eerste Kamer nam het wetsvoorstel op 29 november aan. Na de stemmingen in de Eerste Kamer werd in de Tweede Kamer op 1 december een kort debat gehouden over de tijdige inwerkingtreding van het wetsvoorstel. Tijdens het debat werd een motie aangenomen die de regering verzoekt zorg te dragen dat het wetsvoorstel nog voor de aankomende waterschapsverkiezingen in werking treedt.

Staatsblad

Daarvoor moest het wetsvoorstel uiterlijk 16 december 2022 in het Staatsblad zijn gepubliceerd. Minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat heeft die motie uitgevoerd met de publicatie van de wet in het Staatsblad.

Veranderingen

Met het oog op de komende waterschapsverkiezingen zijn dit de veranderingen:

  • De categorie bedrijven krijgt geen zetels meer in het algemeen bestuur.
  • De categorie ongebouwd krijgt 2 zetels in het algemeen bestuur.
  • De categorie natuurterreinen krijgt 2 zetels in het algemeen bestuur.
  • De omvang van het algemeen bestuur blijft gelijk totdat de provincies de reglementen hebben aangepast.
  • De verplichte geborgde zetel in het dagelijks bestuur van het waterschap vervalt.

Aangenomen moties uit Wetgevingsoverleg Water

29 november 2022

In het Wetgevingsoverleg Water op 21 november stonden verschillende wateronderwerpen op de agenda. Op 29 november heeft de Tweede Kamer gestemd over de moties die ingediend zijn bij het Wetgevingsoverleg Water.



Er werden meerdere moties over de Kaderrichtlijn Water (KRW) ingediend. Hiervan zijn 2 moties aangenomen: de motie om innovaties voor de landbouw te toetsen op het doelbereik van de KRW en de motie over vervuiling vanuit andere landen mee laten wegen in de KRW. De Unie van Waterschappen is blij dat de eerste motie is aangenomen. Dit past goed bij het principe van water en bodem sturend en geeft aan dat er rekening gehouden moet worden met de waterkwaliteit bij (landbouw) innovaties. Bij de motie over het mee laten wegen van vervuiling vanuit andere landen, zien de waterschappen dat het belangrijk is dat zowel inzet van Nederland als buitenland nodig is om aan de KRW te voldoen. Deze motie kan dat mogelijk ondergraven.

Grondwateronttrekkingen

Ook zijn meerdere moties ingediend rondom het onderwerp grondwateronttrekkingen. De Tweede Kamer heeft ingestemd met één motie. In deze motie wordt de regering verzocht om in overleg met decentrale overheden te inventariseren of activiteiten waarbij grondwater wordt onttrokken een watervergunning vereisen, en hoeveel. De andere moties, over een vergunningplicht voor grondwaterputten en een vergunningplicht voor alle activiteiten met een negatief effect op het grondwaterpeil, zijn verworpen.

Zeespiegelstijging

Een motie van ChristenUnie om in het kennisprogramma Zeespiegelstijging de haalbaarheid van de ‘Hollandkering’ te onderzoeken is aangenomen. De Unie ziet dat dit goed binnen het kennisprogramma past. Het gaat om een verkenning van ‘zeewaarts’ uitbreiden vanwege een versnelde zeespiegelstijging.

Waterschappen willen meer ruimte voor groen gas, waterstof en aquathermie

7 december 2022

Op 8 september spreekt de commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) in de Tweede Kamer over waterstof, groen gas en andere energiedragers. De waterschappen brengen een aantal zaken onder de aandacht van de Commissie.



De waterschappen willen in 2025 volledig energieneutraal en in 2035 volledig klimaatneutraal zijn. Hiermee willen de waterschappen meebouwen aan de toekomst van Nederland.

Ambitie groen gas

Met een productie van 145 miljoen kuub biogas zijn de waterschappen één van de grootste producenten van biogas in Nederland. Het biogas wordt voornamelijk ingezet voor een duurzame energievoorziening van het zuiveringsproces op de rioolwaterzuiveringen.

Onderzoek potentieel rioolwaterzuivering

Onderzoek heeft aangetoond dat het potentieel groot is om biogas op te waarderen tot groen gas. Dit gas kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de verwarming van huizen. In 2030 willen de waterschappen minstens 75 procent van het beschikbare biogas omzetten naar groen gas.

Waterstofproductie bij rioolwaterzuivering

De waterschappen onderzoeken de kansen die de waterstofeconomie kan bieden. Ze vragen aandacht voor de regionale productie en toepassing van waterstof. Hiervoor vragen ze aan de minister om juridische experimenteerruimte.

Aquathermie

Aquathermie is één van de alternatieven uit het Klimaatakkoord voor duurzame verwarming. In het buitenland wordt aquathermie met veel succes grootschalig toegepast. In Nederland nog niet op grote schaal. De waterschappen vragen zich af waarom Nederland op het terrein van aquathermie achterloopt op sommige andere landen.

Lees de hele inbreng

Eerste Kamer stemt in met initiatiefwetsvoorstel geborgde zetels

29 november 2022

De Eerste Kamer heeft op 29 november het initiatiefwetsvoorstel geborgde zetels van Tweede Kamerleden Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66) aangenomen. Deze wet heeft belangrijke gevolgen voor het stelsel van geborgde zetels in waterschapsbesturen.



De geborgde zetels voor de categorie bedrijven in het waterschapsbestuur worden geschrapt. De geborgde zetels voor de categorieën ongebouwd en natuurterreinen blijven bestaan. Verder wordt het aantal geborgde zetels teruggebracht. In de huidige situatie zijn dat er 7 tot 9. Dit worden voortaan 4 geborgde zetels per waterschap. Dat betekent dat de categorieën ongebouwd en natuurterreinen voortaan ‘standaard’ 2 zetels krijgen. Daarnaast komt de verplichte geborgde zetel in het dagelijks bestuur van het waterschap te vervallen.

Inwerkingtreding wet

Er volgt een gefaseerde inwerkingtreding van de wet. Doordat het hoogstwaarschijnlijk praktisch niet meer lukt het wetsvoorstel voor 19 december 2022 in het Staatsblad te krijgen, zal de vermindering van het aantal geborgde zetels pas doorgevoerd worden bij de waterschapsverkiezingen van 2027. Wel zal de verplichte geborgde zetel in het dagelijks bestuur al eerder vervallen, door de aangenomen motie van Eerste Kamerlid Kluit (GroenLinks). Dat onderdeel kan praktisch nog wel doorgevoerd worden voor de waterschapsverkiezingen van 15 maart 2023.

Een motie van Eerste Kamerlid Van Dijk (SGP) kreeg geen meerderheid. Deze motie verzocht de initiatiefnemers via een zogenoemde novelle het wetsvoorstel zo te wijzigen dat ook de categorie bedrijven 2 geborgde zetels per waterschap krijgt.

Unie van Waterschappen is neutraal

De Unie van Waterschappen heeft vanwege de verscheidenheid aan opvattingen bij de waterschapsbestuurders een neutrale positie ingenomen bij de behandeling van dit wetsvoorstel. Wel heeft de Unie gedurende het hele wetstraject steeds gewezen op het belang van een tijdige afronding met het oog op de waterschapsverkiezingen in maart 2023.