Tweede Kamer akkoord met wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers

1 juni 2022

Op 31 mei is de Tweede Kamer akkoord gegaan met het wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers. Tijdens een debat met minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 25 mei spraken vrijwel alle fracties hun steun al uit voor het wetsvoorstel. Met het wetsvoorstel worden waterschappen en gemeenten verplicht tot het instellen van onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamers.



Geen steun voor ruimte algemeen bestuur bij inrichting rekenkamer

De waterschappen waren voorstander van een model waarin het algemeen bestuur de mogelijkheid heeft om de rekenkamer naar eigen behoefte in te richten. Tijdens het debat bleek echter al weinig steun te zijn voor dit amendement. Behalve het CDA hielden alle aanwezige partijen vast aan het verplicht instellen van een onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamer. Naar hun oordeel wordt juist daarmee een impuls gegeven aan een meer onafhankelijke controle op de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de uitgaven. De Tweede Kamer heeft het amendement dan ook niet overgenomen.

Wel heeft de Tweede Kamer een amendement aangenomen waarmee de bevoegdheid van de rekenkamer is vergroot. De bevoegdheid om onderzoek te verrichten naar het door het bestuur gevoerde bestuur moet ruim worden opgevat. Het gaat om beleidsvoorbereiding, -vorming, -vaststelling, -uitvoering en -effecten, maar ook het functioneren van de (ondersteunende) ambtelijke en politieke organisatie.

Rechtmatigheidsverantwoording

Het wetsvoorstel kent naast de rekenkamers nog een tweede onderdeel. Voortaan is er sprake van een rechtmatigheidsverantwoording. Dat betekent dat de dagelijkse besturen van de waterschappen zelf een verklaring afleggen over de vraag of de in de jaarrekening opgenomen financiële feiten in overeenstemming met de daarvoor geldende regelgeving tot stand zijn gekomen. Tot dat moment is het aan de accountant om deze verklaring bij de jaarrekening te geven. Met het aannemen van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer worden waterschappen verplicht dit instrument in te voeren. De waterschappen willen wel voldoende voorbereidingstijd om het instrument in te voeren. Als ingangsdatum hebben zij het verslagjaar 2025 genoemd.

Eerste Kamer

Het is nu aan de Eerste Kamer om zich definitief uit te spreken over beide onderdelen van het wetsvoorstel. Als de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, wordt het definitief.

> Lees meer over het debat van 25 mei 2022

Wetsvoorstel geborgde zetels gewijzigd aangenomen in Tweede Kamer

31 mei 2022

Op 31 mei werd in de Tweede Kamer gestemd over het initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks en D66 over de geborgde zetels bij de waterschappen. Het wetsvoorstel werd aangenomen inclusief een nieuw amendement van de ChristenUnie.



De uitkomst is dat de geborgde zetels beperkt worden tot 2 voor ongebouwd en 2 voor natuur. Bedrijven krijgen geen geborgde zetels meer. Ook krijgen geborgden niet meer standaard een plek in het dagelijks bestuur van een waterschap.

Amendementen

Na de plenaire behandeling op 18 mei en het eerdere amendement van de ChristenUnie en JA21 is er overleg geweest. Het eerdere amendement beperkte de geborgde zetels tot 2 per categorie (ongebouwd, bedrijven en natuur) en schrapte de verplichte zetel voor de geborgden in het dagelijks bestuur. Nieuw overleg tussen ChristenUnie en de initiatiefnemers leidde tot het nieuwe amendement.

Provinciale reglementen

In verband met de waterschapsverkiezingen van maart 2023 moet tijdig duidelijk zijn of er wijzigingen in de provinciale reglementen zijn. Het is niet uit te sluiten dat de provincies hun reglementen niet op tijd kunnen aanpassen. Daarom staat in het amendement een overgangstermijn voor deze aanpassing: de omvang van het Algemeen Bestuur van een waterschap blijft gelijk als de provincies het reglement niet voor 1 januari 2023 opnieuw hebben vastgesteld.

Motie over ingangsdatum

De eerder ingediende motie van de VVD die bepaalt dat de nieuwe situatie pas ingaat na de waterschapsverkiezingen van 2023 werd verworpen.

Waterschappen: meer geld en aandacht voor klimaatadaptatie

17 november 2021

Voor het wetgevingsoverleg Water van de Tweede Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat van 22 november vragen de waterschappen meer aandacht voor klimaatadaptatie. Ook delen ze hun zorgen over de huidige waterkwaliteitsaanpak. Daarnaast vragen de waterschappen de Kamerleden om de minister aan te sporen een besluit te nemen over het belastingstelsel van de waterschappen.



Op 22 november komt de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat samen om de wateronderwerpen van de begroting IenW te bespreken.

Meer aandacht en geld nodig voor klimaatadaptatie

De waterschappen vragen allereerst meer aandacht voor klimaatadaptatie. Zij roepen op tot een versnelde aanpak voor klimaatadaptatie en structurele financiering voor het opvangen van de gevolgen van de klimaatverandering. Als die versnelling uitblijft, kan de potentiële schade door wateroverlast, hitte en droogte oplopen tot 174 miljoen euro in 2050.

Zorgen over waterkwaliteitsaanpak

De waterschappen vragen ook aandacht voor de waterkwaliteit. In landbouwgebieden is de kwaliteit van het oppervlaktewater nog onvoldoende om in 2027 de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water te halen. Ook voldoet Nederland niet aan de voorschriften van de Europese Nitraatrichtlijn. De waterschappen zijn daar bezorgd over. Om in 2027 de doelen van de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn te halen, is een aanvullend maatregelenpakket nodig.

Meer inzicht in PFAS-lozingen

Ook PFAS heeft invloed op de waterkwaliteit. Uit onderzoek naar PFAS op de rioolwaterzuiveringen blijkt dat er via indirecte lozingen PFAS op de zuiveringen terecht komt. De inzet van de Omgevingsdiensten is nodig om inzicht te krijgen in waar die PFAS vandaag komt. Ook moeten de diensten voorkomen dat PFAS via lozingen op de zuiveringen terecht komt. Ze moeten dus voldoende middelen krijgen om hun taak goed uit te kunnen voeren.

Keuzes nodig over belastingstelsel

Tot slot vragen de waterschappen aandacht voor de aanpassing van het belastingstelsel van de waterschappen. In december 2020 hebben de waterschappen een voorstel voor de aanpassing van dat stelsel aangeboden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Dit voorstel zorgt er onder meer voor dat er voor alle belastingbetalers een gelijkmatige tariefontwikkeling ontstaat. Op één onderdeel van de voorstellen heeft een stakeholder, VNO-NCW, kritiek. Hierdoor loopt het hele proces vertraging op. De waterschappen vragen de minister daarom om keuzes te maken over het vervolgtraject.

Lees hier de hele inbreng

Wetgevingsoverleg Water

Wetsvoorstel Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers door Eerste Kamer

16 november 2021

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers op 16 november als hamerstuk afgedaan. Het wetsvoorstel stelt een permanent college in dat adviseert over de rechtspositie van politieke ambtsdragers.



Wel vroegen PVV, PvdD, SP en Fractie Otten om een zogenaamde aantekening. Dit betekent dat als er gestemd zou zijn, zij tegen zouden hebben gestemd.

Snelle afhandeling

De Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg zijn blij met de snelle afhandeling van het wetsvoorstel. Zij hadden bij de Eerste Kamercommissie aangedrongen op een snelle plenaire afhandeling, zodat het adviescollege aan de slag kan.

Vergoeding

Het vraagstuk van de hoogte van de vergoeding voor Statenleden en algemeen bestuursleden van de waterschappen is het eerste adviesonderwerp van het Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers.

Waterschapsverkiezingen

De minister wil voor medio 2022 duidelijkheid bieden over deze vergoedingen. Met het oog op de werving van nieuwe kandidaten voor de komende Provinciale Staten- en waterschapsverkiezingen in maart 2023 zijn provincies en waterschappen blij met deze timing van de minister.

Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers

Kamer steunt wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers

27 mei 2022

Tijdens een debat met minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 25 mei spraken vrijwel alle fracties hun steun uit voor het Wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers. Op grond van het debat verwacht de Unie van Waterschappen dat de Kamer op 31 mei akkoord gaat met het wetsvoorstel.



Als daarna ook de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, worden waterschappen en gemeenten verplicht tot het instellen van onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamers.

Unie pleit voor ruimte voor algemeen bestuur bij inrichting rekenkamer

De waterschappen zijn voorstander van een model waarin het algemeen bestuur de mogelijkheid heeft om de rekenkamer naar eigen behoefte in te richten. Dat had de Unie voorafgaand aan het debat samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Vereniging van gemeenteraadsleden en de Vereniging van gemeentegriffiers bij de Tweede Kamer ingebracht. Het CDA had al eerder een amendement met deze strekking bij de Tweede Kamer ingediend.

Weinig steun in de Kamer

Tijdens het debat bleek er echter weinig steun te zijn voor dit amendement. Alle aanwezige partijen behalve het CDA hielden vast aan het verplicht instellen van een onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamer. Naar hun oordeel wordt juist daarmee een impuls gegeven aan meer onafhankelijke controle op de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de uitgaven.

Minister overlegt met Unie over invoeringsdatum voor waterschappen

De Unie pleit er ook voor om 1 januari 2024 als datum te kiezen waarop de waterschappen een rekenkamer moeten hebben. In maart 2023 zijn er immers waterschapsverkiezingen. Als de verplichting voor de waterschappen op 1 januari 2024 gaat gelden, kan het nieuwe algemeen bestuur zich uitspreken over de samenstelling van de rekenkamer die haar gaat ondersteunen. Minister Bruins Slot zegde tijdens het debat toe dat zij in overleg met de Unie treedt over een voor de waterschappen passende invoeringsdatum.

Ondersteuning bij de invoering en voldoende budget voor de rekenkamer

De Tweede Kamer heeft de minister gevraagd veel aandacht te besteden aan goede ondersteuning van de waterschappen en gemeentes bij de implementatie van de wet. Ook zeiden vrijwel alle fracties dat er voldoende budget voor de rekenkamer moet zijn om het werk goed te kunnen doen. De minister zegde toe te onderzoeken wat een reëel jaarlijks budget is voor een rekenkamer in samenhang met de grootte van een organisatie. In het geval van de waterschappen bepaalt het algemeen bestuur de hoogte van het budget. Maar de minister stelt hiervoor naar verwachting een kader op. Een ander punt dat veel werd genoemd was de opvolging van de adviezen die de rekenkamer aan de gemeenteraad of het algemeen bestuur geeft.

Rechtmatigheidsverantwoording

Het wetsvoorstel kent naast de rekenkamers nog een tweede onderdeel. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, is er voortaan sprake van een rechtmatigheidsverantwoording. Dat betekent dat de dagelijkse besturen van de waterschappen zelf een verklaring afleggen over de vraag of de in de jaarrekening opgenomen financiële feiten in overeenstemming met de daarvoor geldende regelgeving tot stand zijn gekomen. Tot dat moment is het aan de accountant om deze verklaring bij de jaarrekening te geven.

Eerste Kamer

Tijdens het debat in de Tweede Kamer is dit onderdeel van het wetsvoorstel niet aan de orde geweest. Maar als de Tweede Kamer met het wetsvoorstel instemt, geldt ook voor dit punt dat het aan de Eerste Kamer is om zich daar definitief over uit te spreken. De Unie heeft al in 2020 aangegeven dat de waterschappen dit instrument onderschrijven. De waterschappen willen wel voldoende voorbereidingstijd om het instrument in te voeren. Als ingangsdatum hebben zij het verslagjaar 2025 genoemd.

> Lees de inbreng

Tweede Kamer bevraagt betrokkenen watercrisis Limburg

11 november 2021

Op 11 november werden tijdens een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer over de overstromingen in Zuid-Nederland van afgelopen zomer diverse invalshoeken van deze ingrijpende gebeurtenis belicht. De Commissie IenW van de Tweede Kamer organiseerde de rondetafel om inzicht te krijgen in de vele aspecten van de wateroverlast.

hoogwater

Tijdens het rondetafelgesprek vertelde een boerin en een horecaondernemer hoe zij getroffen zijn door de overstromingen. Ook werd er ingegaan op de schadeafhandeling door het Verbond van Verzekeraars en kwam een hoogleraar Verzekeringsrecht aan het woord.

Meer aandacht voor klimaatadaptatie

In het deel over de bestuurlijke aanpak bracht Josette van Wersch, dagelijks bestuurslid van waterschap Limburg, naar voren dat de watersnood van een ongekende omvang was. Aanvullende maatregelen zijn daarom nodig. Ze pleitte hierbij voor meer ruimte voor de beken. Van Wersch ziet dat het Rijk inzet op klimaatmitigatie, waar pas over jaren de effecten zichtbaar van zijn. Terwijl we nu al geconfronteerd worden met de gevolgen van klimaatverandering. “Er moet meer aandacht komen voor klimaatadaptatie. Limburg is een dalenlandschap, dus we moeten ook kijken naar anders bouwen,” aldus Van Wersch.

Ruimte voor de beken

Kamerlid Tjeerd de Groot (D66) stelde het waterschap een vraag over de uitbreiding van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor de beken. Van Wersch antwoordde dat dat nog uitgewerkt moet worden en dat de kosten daarvan nog niet bekend zijn. “We kijken voor de kosten naar het Rijk en naar Europa,” zei ze. Ook PvdA-Kamerlid Ploumen vroeg naar de kosten van de versnelling van de plannen om Limburg veilig te krijgen.

Werken met natuurlijke processen

Het laatste deel van het gesprek ging over watermanagement. Een hoogleraar waterbouwkunde, een bioloog en een specialist rivierbeheer deelden hun visie op de wateroverlast. Deltacommissaris Peter Glas benadrukte dat het essentieel is om de weerbaarheid tegen weersextremen te verhogen. Niet vechten tegen het water maar werken met de natuurlijke processen. Hierbij benadrukte de deltacommissaris dat soortgelijke wateroverlast ook buiten Limburg gebeurt. “Extreme hoosbuien kunnen overal vallen,” aldus Glas.

Stemming wetsvoorstel geborgde zetels uitgesteld

24 mei 2022

Op 24 mei zou de Tweede Kamer stemmen over het wetsvoorstel geborgde zetels van GroenLinks en D66. Die stemming is uitgesteld.



Tijdens het debat van 18 mei diende de ChristenUnie een amendement in op het wetsvoorstel. Daarin staat het voorstel om de geborgde zetels te beperken tot 2 per categorie (ongebouwd, bedrijven en natuur). Ook de verplichte zetel voor de geborgden in het dagelijks bestuur komt dan te vervallen.

Uitstel stemming

GroenLinks en D66 hebben nu uitstel gevraagd voor de stemming over hun wetsvoorstel. Er is overleg nodig over de mogelijke gevolgen van het amendement voor het wetsvoorstel. Naar verwachting wordt er nu op dinsdag 31 mei gestemd.

Wetsvoorstel geborgde zetels: ChristenUnie komt met alternatief

19 mei 2022

In de Tweede Kamer ging op 18 mei de plenaire behandeling van het wetsvoorstel geborgde zetels van GroenLinks en D66 weer verder. De initiatiefnemers gingen in op de vragen die verschillende fracties op 21 april hebben gesteld.



Na de beantwoording door initiatiefnemers Tjeerd de Groot (D66) en Laura Bromet (GroenLinks), kregen de fracties opnieuw de mogelijkheid om punten in te brengen. Bromet en De Groot dienden zelf een vierde nota van wijziging in. Door het wetsvoorstel komen in de praktijk 2 algemeen besturen onder het wettelijke minimumaantal zetels. Deze nota van wijziging repareert dit.

Motie VVD

De VVD diende een motie in. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, treedt het pas na de waterschapsverkiezingen van 2023 in werking. Daarna zei de VVD dat ze deze motie weer in willen trekken als een amendement van de ChristenUnie een meerderheid haalt.

Amendement ChristenUnie

De ChristenUnie stelt in dat amendement voor om een beperkt aantal zetels geborgd te houden: 2 per categorie (landbouw, natuur en bedrijven). Ook wil de ChristenUnie de verplichte zetel voor de geborgden in het dagelijks bestuur schrappen.

Eerste Kamer

De PVV wil dat amendement steunen omdat het onzeker is of het wetsvoorstel door de Eerste Kamer komt. Er is daar een andere krachtsverhouding. ”Dan hebben we in ieder geval iets en anders hebben we niets”, stelde PVV-kamerlid Barry Madlener in het debat. Andere partijen adviseerden hem daarover eerst Eerste Kamerleden te polsen.

Waterschapsverkiezingen

Ook minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat kwam aan het woord. Hij zei dat waterschappen essentiële partners zijn. Hij benadrukte dat het wetsvoorstel tijdig afgerond moet worden met het oog op de waterschapsverkiezingen in 2023. Voor of net na de zomer zou ook de Eerste Kamer het wetsvoorstel behandeld moeten hebben.

Stemming op 24 mei

Op 24 mei wordt er gestemd over het wetsvoorstel. De initiatiefnemers van het wetsvoorstel zeggen het wetsvoorstel waarschijnlijk in te trekken als het amendement van de ChristenUnie wordt aangenomen.

Lees het verslag van het debat: deel 1 en deel 2.

Subsidie voor lokale politieke partijen nog niet in zicht

2 november 2021

Een motie van JA21 en BBB over de subsidiëring van lokale politieke partijen heeft het bij de stemming in de Tweede Kamer niet gehaald. De motie werd ingediend bij de begrotingsbehandeling van Binnenlandse Zaken op 2 november.



JA21 vindt dat er sprake is van een ongelijk speelveld. Daarom zouden lokale partijen net als landelijke partijen subsidie moeten krijgen.

Financiële consequenties

Minister Ollongren is het eens met JA21, maar subsidie voor lokale partijen heeft ook financiële consequenties. Daar is op dit moment geen dekking voor. Ze wil dit regelen bij de nieuwe Wet op de politieke partijen.

Inzet Unie en VNG

De Unie van Waterschappen zet zich met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) in voor subsidiëring van lokale partijen.

Sander Mager nieuwe vicevoorzitter Unie van Waterschappen

28 oktober 2021

Per 1 november loopt de bestuurstermijn van de huidige vicevoorzitter Hein Pieper in het bestuur van de Unie van Waterschappen af. Het bestuur heeft besloten dat bestuurslid Sander Mager de rol van vicevoorzitter overneemt.



De portefeuille internationaal en innovatie die Pieper had in het Uniebestuur wordt tijdelijk door voorzitter Rogier van der Sande waargenomen tot medio december een opvolger aantreedt. De selectieprocedure daarvoor loopt nu.

Waterschap Amstel, Gooi en Vecht

Sander Mager is dagelijks bestuurslid bij waterschap Amstel, Gooi en Vecht. In 2019 is Mager toegetreden tot het bestuur van de Unie als portefeuillehouder van waterkwaliteit, waterketen, emissiebeheer, duurzaamheid (grondstoffen en circulaire economie) en vergunningverlening en handhaving. Ook is Mager politiek actief voor waterschapspartij Water Natuurlijk en voor GroenLinks.

Gekozen vanwege bestuurlijke kwaliteit

Als vicevoorzitter neemt Mager de taken van de voorzitter over wanneer deze afwezig is. Het is de eerste keer dat een dagelijks bestuurslid van de waterschappen vicevoorzitter wordt. Het bestuur heeft Mager gekozen vanwege zijn bestuurlijke kwaliteit en om continuïteit te waarborgen.

Toekomst bestuur

Naast Hein Pieper vertrekken binnenkort ook Hetty Klavers en Toine Poppelaars uit het bestuur van de Unie van Waterschappen. In de ledenvergadering van december wordt een besluit genomen over de opvolging van deze 3 bestuurders. Tot die tijd zal Rogier van de Sande de portefeuille van Pieper overnemen.